(Je veux) celui-ci (m), celle-ci (f) : (Ik wil) deze
(Je veux) celui-là (m), celle-là (f) : (Ik wil) die
- "Celui-là, celui-là !"
- "Caroline : Oui, celui-là."
- "Celui-ci, celui-ci !"
Heb je nog steeds moeite met 'Celui-ci'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Celui-ci' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.