De volgorde van tijden als het hoofdwerkwoord in de toekomende tijd staat
Op zinnen die twee werkwoorden bevatten, zijn regels van toepassing over de volgorde van tijden (la concordance des temps). Als het hoofdwerkwoord (in de hoofdzin) in de toekomende tijd (futur simple of futur proche) staat, volgt het andere werkwoord (in het ondergeschikte zinsdeel) de volgende regels:
• voor handelingen die plaatsvonden voorafgaand aan de hoofdhandeling gebruiken we:
- verleden tijden
• voor handelingen die plaatsvonden voorafgaand aan de hoofdhandeling gebruiken we:
- verleden tijden
Tu penseras à ce que je t’ai dit ? futur → passé composé Zul je nadenken over wat ik je gezegd heb?
- de onvoltooid tegenwoordige tijd als verwezen wordt naar de huidige situatie
Ils récolteront demain ce que nous plantons aujourd’hui. futur → présent Zij zullen morgen oogsten wat wij vandaag planten.
- de futur antérieur voor een toekomstige gebeurtenis die plaats zal vinden voor de hoofdhandeling. Merk op dat in het Frans, in tegenstelling tot het Nederlands, na quand de toekomende tijd gebruikt wordt (terwijl we in het Nederlands nooit 'zullen' gebruiken na 'als'.)
Victor reviendra quand il aura terminé son livre futur → futur antérieur Victor zal terugkomen als hij zijn boek voltooid heeft (= hij zal eerst zijn boek voltooien en daarna zal hij terugkomen).
• voor twee gelijktijdige handelingen gebruiken we:
- de toekomende tijd. Opmerkingen: zoals we eerder gezien hebben, wordt in het Nederlands, anders dan in het Frans, nooit 'zullen' gebruikt na 'als'.
- de toekomende tijd. Opmerkingen: zoals we eerder gezien hebben, wordt in het Nederlands, anders dan in het Frans, nooit 'zullen' gebruikt na 'als'.
Tu parleras français quand tu seras en France. futur → futur Je zult Frans spreken als je in Frankrijk bent.
- de onvoltooid tegenwoordige tijd voor algemene waarheden of voor zinnen die si gebruiken.
Je leur dirai que je suis une amie de Victor. futur → présent Ik zal hen zeggen dat ik een vriend van Victor ben.
J’irai te chercher si tu m’appelles. Ik zal je komen ophalen als je me belt.
J’irai te chercher si tu m’appelles. Ik zal je komen ophalen als je me belt.
• voor een handeling die na de hoofdhandeling plaatsvindt, gebruiken we:
- de futur simple of de futur proche
- de futur simple of de futur proche
Ce soir je t’expliquerai pourquoi je vais travailler à Paris. futur → futur proche Vanavond zal ik je vertellen waarom ik in Parijs zal werken.
- de conditionnel présent voor iets wat zou kunnen gebeuren
Je prendrai mon manteau au cas où il ferait froid. futur → conditionnel présent Ik zal mijn jas meenemen voor het geval het koud wordt.
Heb je nog steeds moeite met 'De volgorde van tijden als het hoofdwerkwoord in de toekomende tijd staat'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze Franse les online en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Schaaf je Frans bij en test Frantastique, cursus Frans online.