Duitse werkwoorden vervoegen

Werkwoordvervoeging

Vervoegen Verziehen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich verziehe
  • du verziehst
  • er/sie/es verzieht
  • wir verziehen
  • ihr verzieht
  • sie/Sie verziehen

Präteritum

  • ich verzog
  • du verzogst
  • er/sie/es verzog
  • wir verzogen
  • ihr verzogt
  • sie/Sie verzogen

Perfekt

  • ich habe verzogen
  • du hast verzogen
  • er/sie/es hat verzogen
  • wir haben verzogen
  • ihr habt verzogen
  • sie/Sie haben verzogen

Plusquamperfekt

  • ich hatte verzogen
  • du hattest verzogen
  • er/sie/es hatte verzogen
  • wir hatten verzogen
  • ihr hattet verzogen
  • sie/Sie hatten verzogen

Futur 1

  • ich werde verziehen
  • du wirst verziehen
  • er/sie/es wird verziehen
  • wir werden verziehen
  • ihr werdet verziehen
  • sie/Sie werden verziehen

Futur 2

  • ich werde verzogen haben
  • du wirst verzogen haben
  • er/sie/es wird verzogen haben
  • wir werden verzogen haben
  • ihr werdet verzogen haben
  • sie/Sie werden verzogen haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich verziehe
  • du verziehest
  • er/sie/es verziehe
  • wir verziehen
  • ihr verziehet
  • sie/Sie verziehen

II Präteritum

  • ich verzöge
  • du verzögest
  • er/sie/es verzöge
  • wir verzögen
  • ihr verzöget
  • sie/Sie verzögen

I Perfekt

  • ich habe verzogen
  • du habest verzogen
  • er/sie/es habe verzogen
  • wir haben verzogen
  • ihr habet verzogen
  • sie/Sie haben verzogen

I Futur 1

  • ich werde verziehen
  • du werdest verziehen
  • er/sie/es werde verziehen
  • wir werden verziehen
  • ihr werdet verziehen
  • sie/Sie werden verziehen

I Futur 2

  • ich werde verzogen haben
  • du werdest verzogen haben
  • er/sie/es werde verzogen haben
  • wir werden verzogen haben
  • ihr werdet verzogen haben
  • sie/Sie werden verzogen haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte verzogen
  • du hättest verzogen
  • er/sie/es hätte verzogen
  • wir hätten verzogen
  • ihr hättet verzogen
  • sie/Sie hätten verzogen

II Futur 1

  • ich würde verziehen
  • du würdest verziehen
  • er/sie/es würde verziehen
  • wir würden verziehen
  • ihr würdet verziehen
  • sie/Sie würden verziehen

II Futur 2

  • ich würde verzogen haben
  • du würdest verzogen haben
  • er/sie/es würde verzogen haben
  • wir würden verzogen haben
  • ihr würdet verzogen haben
  • sie/Sie würden verzogen haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Verziehe! / (du) Verzieh!
  • (wir) Verziehen wir!
  • (ihr) Verzieht!
  • (Sie) Verziehen Sie!

Partizip

Präsens

  • verziehend

Perfekt

  • verzogen
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Verziehen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Verziehen? Typ gewoon Verziehen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: