Werkwoordvervoeging
Vervoegen Versimpeln In het DuitsIndikativ
Präsens
- ich versimpele
- du versimpelst
- er/sie/es versimpelt
- wir versimpeln
- ihr versimpelt
- sie/Sie versimpeln
Präteritum
- ich versimpelte
- du versimpeltest
- er/sie/es versimpelte
- wir versimpelten
- ihr versimpeltet
- sie/Sie versimpelten
Perfekt
- ich habe versimpelt
- du hast versimpelt
- er/sie/es hat versimpelt
- wir haben versimpelt
- ihr habt versimpelt
- sie/Sie haben versimpelt
Plusquamperfekt
- ich hatte versimpelt
- du hattest versimpelt
- er/sie/es hatte versimpelt
- wir hatten versimpelt
- ihr hattet versimpelt
- sie/Sie hatten versimpelt
Futur 1
- ich werde versimpeln
- du wirst versimpeln
- er/sie/es wird versimpeln
- wir werden versimpeln
- ihr werdet versimpeln
- sie/Sie werden versimpeln
Futur 2
- ich werde versimpelt haben
- du wirst versimpelt haben
- er/sie/es wird versimpelt haben
- wir werden versimpelt haben
- ihr werdet versimpelt haben
- sie/Sie werden versimpelt haben
Konjunktiv
I Präsens
- ich versimpele
- du versimpelst
- er/sie/es versimple
- wir versimpeln
- ihr versimpelt
- sie/Sie versimpeln
II Präteritum
- ich versimpelte
- du versimpeltest
- er/sie/es versimpelte
- wir versimpelten
- ihr versimpeltet
- sie/Sie versimpelten
I Perfekt
- ich habe versimpelt
- du habest versimpelt
- er/sie/es habe versimpelt
- wir haben versimpelt
- ihr habet versimpelt
- sie/Sie haben versimpelt
I Futur 1
- ich werde versimpeln
- du werdest versimpeln
- er/sie/es werde versimpeln
- wir werden versimpeln
- ihr werdet versimpeln
- sie/Sie werden versimpeln
I Futur 2
- ich werde versimpelt haben
- du werdest versimpelt haben
- er/sie/es werde versimpelt haben
- wir werden versimpelt haben
- ihr werdet versimpelt haben
- sie/Sie werden versimpelt haben
II Plusquamperfekt
- ich hätte versimpelt
- du hättest versimpelt
- er/sie/es hätte versimpelt
- wir hätten versimpelt
- ihr hättet versimpelt
- sie/Sie hätten versimpelt
II Futur 1
- ich würde versimpeln
- du würdest versimpeln
- er/sie/es würde versimpeln
- wir würden versimpeln
- ihr würdet versimpeln
- sie/Sie würden versimpeln
II Futur 2
- ich würde versimpelt haben
- du würdest versimpelt haben
- er/sie/es würde versimpelt haben
- wir würden versimpelt haben
- ihr würdet versimpelt haben
- sie/Sie würden versimpelt haben
Imperativ
Präsens
- (du) Versimple! / (du) Versimpele!
- (wir) Versimpeln wir!
- (ihr) Versimpelt!
- (Sie) Versimpeln Sie!
Partizip
Präsens
- versimpelnd
Perfekt
- versimpelt
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Versimpeln,bekijk dan onze Duitse lessen!!
Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc.
Niet zeker hoe je een werkwoord moet Versimpeln? Typ gewoon Versimpeln in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen!
Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps:
Download gratis onze vervoeg-apps: