Duitse werkwoorden vervoegen

Werkwoordvervoeging

Vervoegen Verpflegen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich verpflege
  • du verpflegst
  • er/sie/es verpflegt
  • wir verpflegen
  • ihr verpflegt
  • sie/Sie verpflegen

Präteritum

  • ich verpflegte
  • du verpflegtest
  • er/sie/es verpflegte
  • wir verpflegten
  • ihr verpflegtet
  • sie/Sie verpflegten

Perfekt

  • ich habe verpflegt
  • du hast verpflegt
  • er/sie/es hat verpflegt
  • wir haben verpflegt
  • ihr habt verpflegt
  • sie/Sie haben verpflegt

Plusquamperfekt

  • ich hatte verpflegt
  • du hattest verpflegt
  • er/sie/es hatte verpflegt
  • wir hatten verpflegt
  • ihr hattet verpflegt
  • sie/Sie hatten verpflegt

Futur 1

  • ich werde verpflegen
  • du wirst verpflegen
  • er/sie/es wird verpflegen
  • wir werden verpflegen
  • ihr werdet verpflegen
  • sie/Sie werden verpflegen

Futur 2

  • ich werde verpflegt haben
  • du wirst verpflegt haben
  • er/sie/es wird verpflegt haben
  • wir werden verpflegt haben
  • ihr werdet verpflegt haben
  • sie/Sie werden verpflegt haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich verpflege
  • du verpflegest
  • er/sie/es verpflege
  • wir verpflegen
  • ihr verpfleget
  • sie/Sie verpflegen

II Präteritum

  • ich verpflegte
  • du verpflegtest
  • er/sie/es verpflegte
  • wir verpflegten
  • ihr verpflegtet
  • sie/Sie verpflegten

I Perfekt

  • ich habe verpflegt
  • du habest verpflegt
  • er/sie/es habe verpflegt
  • wir haben verpflegt
  • ihr habet verpflegt
  • sie/Sie haben verpflegt

I Futur 1

  • ich werde verpflegen
  • du werdest verpflegen
  • er/sie/es werde verpflegen
  • wir werden verpflegen
  • ihr werdet verpflegen
  • sie/Sie werden verpflegen

I Futur 2

  • ich werde verpflegt haben
  • du werdest verpflegt haben
  • er/sie/es werde verpflegt haben
  • wir werden verpflegt haben
  • ihr werdet verpflegt haben
  • sie/Sie werden verpflegt haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte verpflegt
  • du hättest verpflegt
  • er/sie/es hätte verpflegt
  • wir hätten verpflegt
  • ihr hättet verpflegt
  • sie/Sie hätten verpflegt

II Futur 1

  • ich würde verpflegen
  • du würdest verpflegen
  • er/sie/es würde verpflegen
  • wir würden verpflegen
  • ihr würdet verpflegen
  • sie/Sie würden verpflegen

II Futur 2

  • ich würde verpflegt haben
  • du würdest verpflegt haben
  • er/sie/es würde verpflegt haben
  • wir würden verpflegt haben
  • ihr würdet verpflegt haben
  • sie/Sie würden verpflegt haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Verpflege! / (du) Verpfleg!
  • (wir) Verpflegen wir!
  • (ihr) Verpflegt!
  • (Sie) Verpflegen Sie!

Partizip

Präsens

  • verpflegend

Perfekt

  • verpflegt
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Verpflegen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Verpflegen? Typ gewoon Verpflegen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: