Duitse werkwoorden vervoegen

Werkwoordvervoeging

Vervoegen Vandalieren In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich vandaliere
  • du vandalierst
  • er/sie/es vandaliert
  • wir vandalieren
  • ihr vandaliert
  • sie/Sie vandalieren

Präteritum

  • ich vandalierte
  • du vandaliertest
  • er/sie/es vandalierte
  • wir vandalierten
  • ihr vandaliertet
  • sie/Sie vandalierten

Perfekt

  • ich habe vandaliert
  • du hast vandaliert
  • er/sie/es hat vandaliert
  • wir haben vandaliert
  • ihr habt vandaliert
  • sie/Sie haben vandaliert

Plusquamperfekt

  • ich hatte vandaliert
  • du hattest vandaliert
  • er/sie/es hatte vandaliert
  • wir hatten vandaliert
  • ihr hattet vandaliert
  • sie/Sie hatten vandaliert

Futur 1

  • ich werde vandalieren
  • du wirst vandalieren
  • er/sie/es wird vandalieren
  • wir werden vandalieren
  • ihr werdet vandalieren
  • sie/Sie werden vandalieren

Futur 2

  • ich werde vandaliert haben
  • du wirst vandaliert haben
  • er/sie/es wird vandaliert haben
  • wir werden vandaliert haben
  • ihr werdet vandaliert haben
  • sie/Sie werden vandaliert haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich vandaliere
  • du vandalierest
  • er/sie/es vandaliere
  • wir vandalieren
  • ihr vandalieret
  • sie/Sie vandalieren

II Präteritum

  • ich vandalierte
  • du vandaliertest
  • er/sie/es vandalierte
  • wir vandalierten
  • ihr vandaliertet
  • sie/Sie vandalierten

I Perfekt

  • ich habe vandaliert
  • du habest vandaliert
  • er/sie/es habe vandaliert
  • wir haben vandaliert
  • ihr habet vandaliert
  • sie/Sie haben vandaliert

I Futur 1

  • ich werde vandalieren
  • du werdest vandalieren
  • er/sie/es werde vandalieren
  • wir werden vandalieren
  • ihr werdet vandalieren
  • sie/Sie werden vandalieren

I Futur 2

  • ich werde vandaliert haben
  • du werdest vandaliert haben
  • er/sie/es werde vandaliert haben
  • wir werden vandaliert haben
  • ihr werdet vandaliert haben
  • sie/Sie werden vandaliert haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte vandaliert
  • du hättest vandaliert
  • er/sie/es hätte vandaliert
  • wir hätten vandaliert
  • ihr hättet vandaliert
  • sie/Sie hätten vandaliert

II Futur 1

  • ich würde vandalieren
  • du würdest vandalieren
  • er/sie/es würde vandalieren
  • wir würden vandalieren
  • ihr würdet vandalieren
  • sie/Sie würden vandalieren

II Futur 2

  • ich würde vandaliert haben
  • du würdest vandaliert haben
  • er/sie/es würde vandaliert haben
  • wir würden vandaliert haben
  • ihr würdet vandaliert haben
  • sie/Sie würden vandaliert haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Vandaliere!
  • (wir) Vandalieren wir!
  • (ihr) Vandaliert!
  • (Sie) Vandalieren Sie!

Partizip

Präsens

  • vandalierend

Perfekt

  • vandaliert
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Vandalieren,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Vandalieren? Typ gewoon Vandalieren in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: