Werkwoordvervoeging
Vervoegen Tremolieren In het DuitsIndikativ
Präsens
- ich tremoliere
- du tremolierst
- er/sie/es tremoliert
- wir tremolieren
- ihr tremoliert
- sie/Sie tremolieren
Präteritum
- ich tremolierte
- du tremoliertest
- er/sie/es tremolierte
- wir tremolierten
- ihr tremoliertet
- sie/Sie tremolierten
Perfekt
- ich habe tremoliert
- du hast tremoliert
- er/sie/es hat tremoliert
- wir haben tremoliert
- ihr habt tremoliert
- sie/Sie haben tremoliert
Plusquamperfekt
- ich hatte tremoliert
- du hattest tremoliert
- er/sie/es hatte tremoliert
- wir hatten tremoliert
- ihr hattet tremoliert
- sie/Sie hatten tremoliert
Futur 1
- ich werde tremolieren
- du wirst tremolieren
- er/sie/es wird tremolieren
- wir werden tremolieren
- ihr werdet tremolieren
- sie/Sie werden tremolieren
Futur 2
- ich werde tremoliert haben
- du wirst tremoliert haben
- er/sie/es wird tremoliert haben
- wir werden tremoliert haben
- ihr werdet tremoliert haben
- sie/Sie werden tremoliert haben
Konjunktiv
I Präsens
- ich tremoliere
- du tremolierest
- er/sie/es tremoliere
- wir tremolieren
- ihr tremolieret
- sie/Sie tremolieren
II Präteritum
- ich tremolierte
- du tremoliertest
- er/sie/es tremolierte
- wir tremolierten
- ihr tremoliertet
- sie/Sie tremolierten
I Perfekt
- ich habe tremoliert
- du habest tremoliert
- er/sie/es habe tremoliert
- wir haben tremoliert
- ihr habet tremoliert
- sie/Sie haben tremoliert
I Futur 1
- ich werde tremolieren
- du werdest tremolieren
- er/sie/es werde tremolieren
- wir werden tremolieren
- ihr werdet tremolieren
- sie/Sie werden tremolieren
I Futur 2
- ich werde tremoliert haben
- du werdest tremoliert haben
- er/sie/es werde tremoliert haben
- wir werden tremoliert haben
- ihr werdet tremoliert haben
- sie/Sie werden tremoliert haben
II Plusquamperfekt
- ich hätte tremoliert
- du hättest tremoliert
- er/sie/es hätte tremoliert
- wir hätten tremoliert
- ihr hättet tremoliert
- sie/Sie hätten tremoliert
II Futur 1
- ich würde tremolieren
- du würdest tremolieren
- er/sie/es würde tremolieren
- wir würden tremolieren
- ihr würdet tremolieren
- sie/Sie würden tremolieren
II Futur 2
- ich würde tremoliert haben
- du würdest tremoliert haben
- er/sie/es würde tremoliert haben
- wir würden tremoliert haben
- ihr würdet tremoliert haben
- sie/Sie würden tremoliert haben
Imperativ
Präsens
- (du) Tremoliere!
- (wir) Tremolieren wir!
- (ihr) Tremoliert!
- (Sie) Tremolieren Sie!
Partizip
Präsens
- tremolierend
Perfekt
- tremoliert
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Tremolieren,bekijk dan onze Duitse lessen!!
Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc.
Niet zeker hoe je een werkwoord moet Tremolieren? Typ gewoon Tremolieren in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen!
Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps:
Download gratis onze vervoeg-apps: