Duitse werkwoorden vervoegen

Werkwoordvervoeging

Vervoegen Golfen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich golfe
  • du golfst
  • er/sie/es golft
  • wir golfen
  • ihr golft
  • sie/Sie golfen

Präteritum

  • ich golfte
  • du golftest
  • er/sie/es golfte
  • wir golften
  • ihr golftet
  • sie/Sie golften

Perfekt

  • ich habe gegolft
  • du hast gegolft
  • er/sie/es hat gegolft
  • wir haben gegolft
  • ihr habt gegolft
  • sie/Sie haben gegolft

Plusquamperfekt

  • ich hatte gegolft
  • du hattest gegolft
  • er/sie/es hatte gegolft
  • wir hatten gegolft
  • ihr hattet gegolft
  • sie/Sie hatten gegolft

Futur 1

  • ich werde golfen
  • du wirst golfen
  • er/sie/es wird golfen
  • wir werden golfen
  • ihr werdet golfen
  • sie/Sie werden golfen

Futur 2

  • ich werde gegolft haben
  • du wirst gegolft haben
  • er/sie/es wird gegolft haben
  • wir werden gegolft haben
  • ihr werdet gegolft haben
  • sie/Sie werden gegolft haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich golfe
  • du golfest
  • er/sie/es golfe
  • wir golfen
  • ihr golfet
  • sie/Sie golfen

II Präteritum

  • ich golfte
  • du golftest
  • er/sie/es golfte
  • wir golften
  • ihr golftet
  • sie/Sie golften

I Perfekt

  • ich habe gegolft
  • du habest gegolft
  • er/sie/es habe gegolft
  • wir haben gegolft
  • ihr habet gegolft
  • sie/Sie haben gegolft

I Futur 1

  • ich werde golfen
  • du werdest golfen
  • er/sie/es werde golfen
  • wir werden golfen
  • ihr werdet golfen
  • sie/Sie werden golfen

I Futur 2

  • ich werde gegolft haben
  • du werdest gegolft haben
  • er/sie/es werde gegolft haben
  • wir werden gegolft haben
  • ihr werdet gegolft haben
  • sie/Sie werden gegolft haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte gegolft
  • du hättest gegolft
  • er/sie/es hätte gegolft
  • wir hätten gegolft
  • ihr hättet gegolft
  • sie/Sie hätten gegolft

II Futur 1

  • ich würde golfen
  • du würdest golfen
  • er/sie/es würde golfen
  • wir würden golfen
  • ihr würdet golfen
  • sie/Sie würden golfen

II Futur 2

  • ich würde gegolft haben
  • du würdest gegolft haben
  • er/sie/es würde gegolft haben
  • wir würden gegolft haben
  • ihr würdet gegolft haben
  • sie/Sie würden gegolft haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Golfe!
  • (wir) Golfen wir!
  • (ihr) Golft!
  • (Sie) Golfen Sie!

Partizip

Präsens

  • golfend

Perfekt

  • gegolft
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Golfen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Golfen? Typ gewoon Golfen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: