vous n'avez qu'à (me demander) : je hoeft het (me) alleen maar (te vragen), je kunt het (me) gewoon (vragen)avoir, présent
- "Vous n’avez qu’à dire aux parents d’en faire un autre."
- "Vous n’avez qu’à y creuser une fosse, et vous verrez que la terre m’y recevra aussi bien que vous."
Heb je nog steeds moeite met 'Vous n’avez qu’à'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Vous n’avez qu’à' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.