Tu en penses quoi ? : Wat denk je ervan? penser, présent
Qu'est-ce que tu en penses ? : Wat denk je ervan?
Qu'en penses-tu ? : Wat denk je ervan?
- "Ça peut être marrant de faire un match, qu’est-ce que t’en penses ?"
- "Fabienne : Et toi, Thierry, tu en penses quoi ?"
- "Qu’en penses-tu ?"
Heb je nog steeds moeite met 'Tu en penses quoi'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Tu en penses quoi' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.