(il est) le seul (à savoir) : (hij is) de enige (die het weet)
la seule (raison) : de enige (reden)
- "Lefebvre : Est-ce que c’est vraiment la seule option ?"
- "Pourvu qu’on soit les seuls dans cet ascenseur"
- "Je viens d’apprendre que la France n’est pas le seul pays où l’on parle français."
Heb je nog steeds moeite met 'Le seul'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Le seul' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.