je garde (ton chat pendant les vacances) : ik pas (tijdens de vakantie op je kat) opgarder, présent
je garde (ta place) : ik houd (je plaats) vast
je garde (mes papiers dans ma poche) : ik houd ( mijn papieren in mijn zak)
je garde (l'entrée de la prison) : ik bewaak (de ingang van de gevangenis)
Heb je nog steeds moeite met 'Garder vocab'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Garder vocab' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.