Je donne la parole à (Victor Hugo) : Ik geef het woord aan (Victor Hugo)donner, présent
prendre la parole : het woord nemen
- "S’il vous plaît, s’il vous plaît... Je donne maintenant la parole à Victor Hugo."
Heb je nog steeds moeite met 'Donner la parole'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Donner la parole' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.